Op welke manier kun je de informatie over ingrijpende jeugdervaringen wel en niet gebruiken?
De informatie over ingrijpende jeugdervaringen (Adverse Childhood Experiences / ACEs) is gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek onder grote groepen mensen. Sinds het grootschalige onderzoek van Felitti en Anda (1998) een verband liet zien tussen ACEs en verschillende lichamelijke en psychische ziektes volgden vele onderzoeken wereldwijd. Inmiddels is er een brede kennis ontwikkeld en kunnen we stellen dat een stapeling van ACEs de kans vergroot op een breed scala aan mentale, fysieke en sociale gezondheidsproblemen. Deze informatie over ACEs is belangrijk om een brede bewustwording te creëren in de maatschappij en om psycho-eduactie te geven: ingrijpende jeugdervaringen komen vaak voor en kunnen ernstige gevolgen hebben. Omdat er ook veel kennis is over wat je eraan kunt doen om die nare gevolgen te voorkómen, is het belangrijk dat daar meer bekendheid over komt. Door ingrijpende jeugdervaringen een gesprekonderwerp te laten zijn, kan deze informatie eraan bijdragen dat gezondheidsschade op korte en lange termijn wordt teruggedrongen en voorkómen. En zodoende bijdragen aan een generatie kinderen en jongeren die optimale kansen krijgen om op te groeien tot gezonde en veerkrachtige volwassenen. De informatie over ACEs is niet bedoeld om uitspraken te doen over individuen of om mensen mee te screenen of diagnosticeren. Ook is de ACE-lijst niet bedoeld om een behandeling op te baseren. Op individueel niveau geldt namelijk dat ingrijpende jeugdervaringen niet noodzakelijk voor iedereen tot problemen, gezondheidsklachten of ziekten leiden. Dat komt onder andere omdat er ook beschermende factoren aanwezig kunnen zijn, zoals betrouwbare steunfiguren, positieve ervaringen en karaktereigenschappen die de natuurlijke veerkracht van het kind verhogen. Daarnaast zijn het statistieken die iets zeggen over grote groepen mensen. Daaruit kun je een kans afleiden voor het individu, maar dat zegt niet dat deze persoon ook daadwerkelijk met problemen of schadelijke gevolgen te maken zal krijgen. Individuele verschillen tussen kinderen/jongeren, en de omstandigheden waarin zij opgroeien, maakt dat de ene persoon meer last heeft van de negatieve gevolgen van wat hij/zij heeft meegemaakt dan de andere persoon.