Nieuwe VTV bevestigt de noodzaak om de gezondheid van de jeugd de hoogste prioriteit te geven
27 november 2024
Tijdens het eerste Gezonde Generatie Verkiezingsdebat op 6 november j.l. in Dudok Den Haag bespraken politieke partijen hoe zij een gezonde generatie gaan realiseren. Een ding is duidelijk: ze staan allemaal achter de ambities van het programma de Gezonde Generatie; hun aanpak verschilt op sommige punten.
Het debat werd georganiseerd door de Samenwerkende Gezondheidsfondsen met steun van GGD GHOR, de vereniging Arts en Leefstijl, het Voedingscentrum en JOGG.
Diena Halbertsma, bestuurslid Gezonde Generatie en directeur Diabetesfonds, leidde het debat in door te melden dat de Gezonde Generatie een belangrijke doelstelling van het nationale preventiebeleid is, maar dat van de uitvoering nog weinig terecht is gekomen. ‘Hoe gaan de partijen na de verkiezingen die ambitie invullen? 75% van de Nederlandse bevolking verwacht ook dat de nieuwe regering meer doet aan het bevorderen en beschermen van de gezondheid van onze jeugd.’
Aan het debat namen Judith Tielen (VVD), Mohammed Mohandis (GroenLinks-PvdA), Jan Paternotte (D66), Eva van Esch (Partij voor de Dieren) en Rens de Boer (Volt) deel. Debatleider Lysanne van Schaik vroeg hen te reageren op stellingen. Iedere stelling werd ingeleid door een mening of oproep van jongeren en door wetenschappelijke pitches van experts Dave van Kann (bewegen) Daniëlle Arnold (rookvrij) Neeltje van den Bedem (mentale gezondheid), Hanneke Hendriks (alcoholpreventie) en Luc Hagenaars (voeding).
Tielen geeft aan dat (buiten) spelen en bewegen belangrijk is en dat er al veel stappen zijn gezet. Ze vindt niet dat het wettelijk ‘vanuit de blauwe stoeltjes’ geregeld moet worden. De stelling luidde namelijk dat in de wet moet staan dat basisschoolleerlingen tenminste één uur per dag moeten bewegen. Paternotte ziet juist als voordeel van wettelijk beleid dat iedereen ervan kan profiteren. Hij wil het programma de Rijke Schooldag graag wettelijk vastleggen, zodat kinderen meer kunnen bewegen en sporten en gezonde voeding krijgen. Van Esch maakt zich zorgen om de gezondheid van onze jeugd en vindt ook dat er meer wettelijk moet worden vastgelegd, omdat afgesproken doelstellingen niet worden gehaald. ‘Over de Sport- en beweegwet wordt al een hele tijd gesproken, maar de wet is er nog steeds niet.’
Politici willen allemaal meer aandacht voor mentale gezondheid in het onderwijs. Tielen pleit wel voor effectief bewezen methoden, waar volgens haar niet altijd voor wordt gekozen. Mohandis geeft als voorbeeld hoe in het mbo mentale gezondheid een onderdeel van de school is geworden, o.a. doordat de GGZ er fysiek aanwezig is. Hij vindt het ook belangrijk dat kinderen in hun eigen tempo hun schoolcarrière kunnen doorlopen. Partijen zijn het eens dat sociale media een belangrijke invloed hebben op de ontwikkeling van kinderen, maar ook dat ze leiden tot mentale druk. Ze zijn blij dat de mobiele telefoon de klas uit gaat. Paternotte wil de druk bij studenten ook verlagen door de rente op studieschulden op 0% te zetten. Van Esch vreest dat scholen te veel focussen op het terugdringen van taalachterstanden, maar niet investeren in pedagogiek en psychologie. De Boer legt ten slotte uit dat meer aandacht voor bestaanszekerheid een groot deel van mentale problematiek kan voorkomen.
Alle partijen zijn het erover eens dat het realiseren van een Rookvrije Generatie belangrijk is en dat het aantal verkooppunten omlaag moet. Van Esch vraagt zich af waarom we het nog niet hebben geregeld. Mohandis wil ook doorpakken en voorkomen dat met slimme strategieën het aantal verkooppunten toch intact wordt gehouden. De partijen maken zich ook allemaal zorgen om vapen onder de jeugd en vinden dat vapen dezelfde behandeling verdient als roken.
Over het terugdringen van alcoholreclame is men minder eensgezindheid. Van Esch is voor een totaalverbod op alcoholreclame, maar Paternotte vindt geen alcoholreclame op tv voor 21:00 uur ’s avonds weinig effectief voor jongeren. Zij zijn vooral op sociale media actief, waar die regels niet gelden. Paternotte is niet voor een totaalverbod maar wil wel af van de zelfregulatie van de alcoholindustrie op het gebied van reclame.
Tielen vindt een totaal reclameverbod niet haalbaar en niet controleerbaar. Ze vindt wel dat de alcoholindustrie een minder grote stem moet hebben. Mohandis gaf aan dat de campagne ‘Op je gezondheid’ over de relatie tussen alcohol en kanker indruk heeft gemaakt. Hij vindt het belangrijk dat de schadelijke effecten van alcohol op de gezondheid meer worden gecommuniceerd. Mohandis en van Esch vragen zich beiden af waarom we het bij tabak heel normaal vinden dat er geen reclame meer is, maar daar bij alcohol nog veel discussie over is. De Boer is voor een gedeeltelijk reclameverbod, alleen voor gedestilleerde dranken.
Van Esch wil gezonde voeding zo snel mogelijk goedkoper maken. De Boer ook en ziet als voordeel van verlaging van de prijzen voor gezond dat dit juist minder draagkrachtige gezinnen helpt om de gezonde keuze te kunnen maken. Paternotte stelt voor te beginnen met de meest logische categorie: onbewerkte groenten en fruit. Tielen vindt het afschaffen van btw op gezonde voeding niet logisch: ‘13 bananen voor de prijs van 12 gaat niet helpen’. Zij wil liever de consument bewuster maken van goede voedselkeuzes. Het geld dat de btw-maatregel kost, investeert zij liever in leefstijlprogramma’s. Zij zegt ook dat ze over voorbeelden beschikt waaruit blijkt dat het verhogen van de prijs van ongezond voedsel weinig oplevert en gelooft daar dus niet in. Verschillende partijen vinden dat er wel strenger moet worden gekeken naar de samenstelling en kwaliteit van voedselproducten, zodat er minder suiker, zout en onverzadigd vet in zit. Mohandis ziet hier een rol van de overheid: ‘De industrie gaat pas bewegen als de overheid verplichtingen oplegt.’
Aan het eind van het debat is de slotsom dat alle partijen de Gezonde Generatie omarmen. Ze willen allemaal dat jongeren fysiek en mentaal gezond opgroeien en erkennen dat de omgeving daar een belangrijke rol bij speelt. Maar hun aanpak verschilt op punten. Er was echter veel energie bij de aanwezige politieke partijen om punten concreet aan te pakken. Onze oproep blijft helder richting de landelijke politiek: werk samen om de verschillen te overbruggen en kies voor een gezonde generatie. De eerste stap daarvoor is goede borging van het realiseren van een gezonde generatie in het regeerakkoord.